Verduurzaming

Stappenplan verduurzaming

Al enkele decennia spelen klimaat en duurzaamheid een steeds grotere rol bij het restaureren en herbestemmen van erfgoed. Door de huidige energiecrisis komt dit nu in een stroomversnelling. Steeds meer eigenaren van monumentale gebouwen kloppen bij ons aan met de vraag hoe hun pand verduurzaamd kan worden. In deze visie lichten we vanuit onze ervaring de verschillende mogelijkheden en onze werkwijze toe. We focussen op energetische verduurzaming: maatregelen die als doel hebben het energieverbruik en de uitstoot van broeikasgassen die hierdoor veroorzaakt wordt te verminderen. Door te investeren in dit soort ingrepen worden de kosten voor energie en verwarmen direct teruggebracht, waardoor de exploitatie van een monument ook op de lange termijn haalbaar blijft.

Monumentaal woonhuis

Woonwensen veranderen voortdurend, en dat is vaak goed terug te lezen in een monumentaal woonhuis. De verschillende tijdslagen die hierdoor in een historisch woonhuis terug te vinden zijn geven het wonen in een monument een zekere charme. Maar soms zijn aanpassingen nodig om ook aan de wensen van nu te blijven doen.
Een comfortabel binnenklimaat in een woning is vandaag de dag onmisbaar, maar door de stijgende energieprijzen wordt dit, zeker in een monument, steeds lastiger te betalen. Een goede isolatie van de hele buitenschil is dan ook wenselijk. Om dat te bereiken onderzoeken we de waarde van de verschillende onderdelen van het huis. Op die manier kunnen oplossingen gevonden worden die passen bij uw situatie.

Industrieel erfgoed

Industriële gebouwen zijn vaak niet ontworpen om volledig verwarmd te worden. Bij de herbestemming van dit type erfgoed moet er daarom goed nagedacht worden over de duurzaamheid. Wanneer u als eigenaar van een industrieel gebouw aan het begin van een herbestemmingstraject staat kunnen wij u helpen om duurzaamheid integraal mee te nemen in het ontwerpproces. Maar ook wanneer een pand al eerder is herbestemd valt er vaak nog veel te winnen, bijvoorbeeld op het gebied van installaties. Het functionele karakter dat dit type gebouwen historisch gezien heeft, maakt het vaak mogelijk om nieuwe installaties toe te passen zonder het historische beeld aan te tasten.

Religieus erfgoed

Het grote volume in combinatie met de hoge monumentaliteit van zowel het interieur als het exterieur maakt het verduurzamen van religieuze gebouwen niet eenvoudig. Vaak worden de grote ruimtes in deze gebouwen echter niet dagelijks gebruikt. Dit biedt kansen om met behulp van een juiste zonering en slimme installaties het verbruik te beperken. Ook door het creëren van ruimtes die geschikt zijn voor kleinere groepen zal de grote zaal minder vaak verwarmd hoeven worden.

Kasteel

De mogelijkheden om aanpassingen te doen aan de buitenzijde van kastelen en landhuizen zijn vaak beperkt. In het interieur is er vaak wel mogelijkheid om te verduurzamen, bijvoorbeeld door het plaatsen van achterzetramen en isolatie vanaf de binnenzijde. Compartimentering is net als bij religieus erfgoed ook vaak mogelijk. Daarnaast is er door de sterke relatie die deze gebouwen hebben met hun omgeving ook mogelijkheid om bijvoorbeeld energie op te wekken of warmte te winnen in bijgebouwen of de tuin.

Erfgoedwaarden

Bij het maken van een plan voor de verduurzaming van een monumentaal gebouw moeten veel keuzes gemaakt worden. Welk type isolatie, hoe gaan we verwarmen, kan er energie opgewekt worden, en wat betekent dit voor het monument? Bij het maken van deze keuzes worden verschillende soorten belangen tegen elkaar afgewogen. Vaak lijken deze belangen met elkaar te botsen.
Wanneer we over erfgoed spreken worden dit soort belangen ook wel waarden genoemd. Als restauratiearchitect zijn wij gewend om dit soort waarden tegen elkaar af te wegen. Om tot een resultaat te komen dat past bij zowel de opdrachtgever als het monument is het van belang om een goed evenwicht te vinden in deze verschillende waarden. Het is daarbij nodig om alle verschillende perspectieven in het oog te houden maar wel duidelijke keuzes te maken.

Haalbaarheid

Bij elke aanpassing aan een gebouw speelt er een aantal ruimtelijke waarden. Deze gelden bij een verduurzaming in ieder geval als randvoorwaarde: een ingreep zoals het naïsoleren van de gevels of het vervangen van installaties mag de erfgoedwaarde niet te veel te veel beperken en het gebruik niet onnodig in de weg zitten. In veel gevallen blijkt echter dat door het kiezen van de juiste oplossingen deze waarden ook juist versterkt kunnen worden, bijvoorbeeld door bepaalde delen van het gebouw opnieuw zichtbaar te maken of een historische afwerking terug te brengen.

Financieel

Op financieel vlak valt door verduurzaming veel te winnen, met name wat betreft de energiekosten. Zeker wanneer het om monumenten gaat, vraagt dit in veel gevallen wel een behoorlijke investering. Om hierin tegemoet te komen zijn er vanuit de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, provincies en gemeenten verschillende subsidies voor onderhoud en verduurzaming van monumenten beschikbaar. Bij het onderzoeken van de mogelijkheden en het aanvragen van deze subsidies kunnen wij u ondersteunen. Daarnaast is het van belang om de onderhoudsvraag in het oog te houden, deze kan door verduurzaming zowel verhoogd als verlaagd worden.

Functioneel

Eén van de belangrijkste doelstellingen van een verduurzamingsproject zoals dat vandaag de dag voorkomt is het verminderen van het energieverbruik. Om te bepalen wat nodig en mogelijk is moet een grondig onderzoek worden gedaan, wij voeren dit uit volgens de ERM richtlijnen. Naast energieverbruik zijn er nog twee functionele waarden van belang. Ten eerste de waarde van materialen. Daarbij kan gedacht worden aan het hergebruik van historische materialen maar bijvoorbeeld ook isolatie met biobased materiaal en het cradle-to-cradle ontwerpen. VB gaat hier pragmatisch mee om en kiest voor de ontwerpstrategie die past bij de locatie en de opdrachtgever. Daarnaast is ook gebruikscomfort uiteraard belangrijk, dit kan in veel gevallen verbeterd worden maar ook dit brengt wel een aantal risico’s met zich mee.

Stappenplan Kasteel

Buitenschil

De eerste stap richting een duurzaam monument is het aanpakken van de buitenschil. Hiermee worden de daken, gevels, ramen en vloeren van het gebouw bedoeld. Elk van deze gebouwdelen heeft een eigen opbouw en dus een andere isolatiewaarde.
Om te bepalen waar op dit moment de meeste warmte verloren gaat is het van belang eerst een nulmeting te doen. Hiervoor zijn verschillende meetmethodes beschikbaar. Het energielabel geeft een goede eerste indicatie van de isolatiewaarde en het type installaties. Een meer geavanceerde methode is het BREAAM certificaat, dit kijkt naast energieverbruik ook naar andere soorten duurzaamheid. Met behulp van een warmtescan is het warmteverlies ook te visualiseren. Op basis van deze nulmeting kan aan de hand van de monumentale waarden een plan opgesteld worden.

Binnencomfort

Om het warmteverlies van een gebouw te beperken is niet alleen de isolatie van de buitengevel van belang. In een groot gebouw worden vaak niet alle ruimtes tegelijkertijd gebruikt. Door de ruimtes die het meest gebruikt worden los te koppelen en te verwarmen terwijl de rest van het gebouw koud(er) blijft kan het energieverbruik beperkt worden. Hiermee worden dus alleen die ruimtes verwarmd waar dat echt nodig is. Maar het kan nog specifieker: ook het lokaal verwarmen van meubilair is een mogelijkheid. Hierdoor kan de temperatuur in een ruimte lager blijven en kan deze toch comfortabel gebruikt worden.
Ook het isoleren van de gevels vanaf de binnenzijde is veel voorkomende oplossing. Deze isolatie kan ook achter bijvoorbeeld een wandbetimmering of wandbespanning aangebracht worden.

Installaties

Wanneer de isolatie van een gebouw op orde is kan er nagedacht worden over duurzame installaties. Hierbij kan gedacht worden aan verschillende systemen die warmte uit de lucht, water of bodem als bron gebruiken om in (een gedeelte van) de warmtevraag te voorzien. Voor het toepassen van dit soort installaties werken wij samen met deskundige installatieadviseurs.
Maar ook plaatsen van PV-panelen voor elektriciteit en zonneboilers voor warm water kan een flinke energiebesparing opleveren. Het plaatsen van deze elementen op de buitenzijde van een monument vraagt weliswaar om een zorgvuldige inpassing, maar is door veranderende regelgeving steeds vaker mogelijk.
Ten slotte zijn er nog kleinschaligere ingrepen mogelijk zoals waterbesparende kranen, douchewater warmteterugwinning of het vervangen van apparaten die veel elektriciteit gebruiken.

Context

Bijzonder aan monumenten in het buitengebied zoals kastelen en boerderijen is de relatie tussen het gebouw en zijn omgeving. Dit biedt mogelijkheden wanneer het gaat om het opwekken van energie. Denk bijvoorbeeld aan haardhout dat al eeuwenlang op eigen gronden wordt gewonnen. Maar ook meer hedendaagse oplossingen zoals kleinschalige zonneparken of een warmtebron zijn regelmatig toe te passen. Daarnaast is het in sommige gevallen mogelijk om gebruik te maken van een gezamenlijk warmtenet waarin warmte en koude tussen verschillende gebouwen in het complex worden uitgewisseld.

Voorbeeldprojecten

Mariahoeve, Moergestel

Het landhuis de Mariahoeve in Moergestel is gebouwd in 1915. Ondanks verschillende aanpassingen uit het verleden aan zowel de binnen als buitenzijde van het huis is er nog behoorlijk veel van het oorspronkelijke ontwerp bewaard gebleven.
De opgave voor dit pand lag in het aanpassen van met name het interieur en het verbeteren van het wooncomfort volgens eisen van onze tijd en de wensen van de opdrachtgever. Hierbij is duurzaamheid op verschillende gebieden meegenomen in het ontwerp. De gevels en daken zijn als onderdeel van de interieurrestauratie vanaf de binnenzijde geïsoleerd.
Er wordt verwarmd door middel van een bodemwarmtepomp die zijn warmte afgeeft aan de vloerverwarming. Ook is er in de tuin van het huis een waterbron geslagen waarmee in een deel van de waterbehoefte word voorzien.

Villa Jongerius, Utrecht

Het twintigste-eeuwse kantoorgebouw van de Utrechtse ondernemer Jan Jongerius is geen alledaags gebouw. Het vroeg dan ook om andere oplossingen dan gebruikelijk zijn bij het verduurzamen van monumenten.
Vanwege de grote historische waarde van het interieur en de slechte bouwkundige staat van de buitenschil is er gekozen voor isolatie vanaf de buitenzijde. Door een goede detaillering kon dit gedaan worden zonder aantasting van het gevelbeeld. In deze vernieuwde buitenschil zijn ook de gereconstrueerde kozijnen opgenomen.
De 118 zonnepanelen op het dak worden aan het zicht onttrokken doordat de oorspronkelijke dakrand van 1,5 meter hoog is teruggebracht. Ook de installaties konden hierachter weggewerkt worden.
Het hele pand wordt verwarmd door middel van een lucht- warmtepomp met indien nodige elektrische naverwarming. Door de verbeterde buitenschil kon er balansventilatie met warmterugwinning toegepast worden. Ook in de afzuigkap in de keuken wordt warmterugwinning toegepast.

Groot Tuighuis, 's-Hertogenbosch

Het Groot Tuighuis is een voormalig kerkgebouw uit de vijftiende eeuw dat getransformeerd wordt tot erfgoedcentrum van de gemeente ‘s-Hertogenbosch. Een belangrijk onderdeel van deze verbouwing was de verduurzaming, waarbij het gebruik van natuurlijke en circulaire materialen als uitgangspunt gold.
Dit is onder meer terug te zien in de isolatie van de kruipruimtes, waarbij gebruik is gemaakt van schelpen die naast een hoge isolatiewaarde ook vochtregulerende eigenschappen hebben. Voor de isolatie van de gevels is gebruik gemaakt van hennepplaten die aan de binnenzijde worden geplaatst. De oude vloerdelen van het gebouw worden her- gebruikt voor het nieuwe meubilair. Ook zijn er, om het binnencomfort te verbeteren, akoestische panelen toegepast gemaakt van restmaterialen uit een champignonkwekerij. Voor de ramen wordt onder andere vacuümglas toegepast. Op de plaatsen waar dit niet mogelijk is zijn achterzetramen geplaatst. Met deze aanpak is het gelukt het energielabel van E naar A te verhogen.

Museum More-Kasteel Ruurlo, Ruurlo

Kasteel Ruurlo stond na jarenlang gebruik als gemeentehuis van de gemeente Ruurlo al enige tijd leeg toen besloten werd het pand als dependance van museum MORE te gaan gebruiken. Deze nieuwe functie vroeg naast een grootschalige restauratie ook om een aantal ingrepen op het gebied van duurzaamheid. Aan de achterzijde van het kasteel vormt de nieuwe glazen entree de opvallendste verandering. Hiermee is het geveloppervlak ingekort en een extra isolerende schil toegevoegd.
Om aan de voor het museum benodigde klimaateisen te voldoen zijn de museum- en verkeersruimtes ondergebracht in verschillende compartimenten waar temperatuur en ventilatie individueel geregeld kunnen worden.
In het hele kasteel is een dunne isolerende en UV-werende beglazing in de bestaande ramen toegepast. Ook is de naad- en kierdichting verbeterd. Hiermee is de isolatiewaarde van de gevelopeningen sterk verbeterd.